De rechtbank in Den Haag heeft een 29-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar voor het maken en verspreiden van meerdere vuurwerkbommen. De man verkocht de explosieven aan anderen en was volgens de rechtbank ook betrokken bij pogingen om deze tot ontploffing te brengen in Den Haag.
Eén van de vuurwerkbommen was bedoeld voor gebruik op 20 februari 2024. Die dag werd een jongen aangehouden in een auto op de Juliana van Stolberglaan, nadat hij had geprobeerd de bom tot ontploffing te brengen. In de auto werd een telefoon aangetroffen die van de verdachte bleek te zijn. De man gaf later toe dat hij de bom had gemaakt.
Een week later, op 27 februari 2024, werd opnieuw geprobeerd om een bom te laten ontploffen bij dezelfde woning aan de Juliana van Stolberglaan. Twee jongens waren hierbij betrokken, maar hun poging mislukte. Op basis van onder andere telefoongegevens concludeerde de rechtbank dat de verdachte een coördinerende rol had bij deze tweede poging.
Hoewel de verdachte tijdens de rechtszaak spijt betuigde, stelde de rechtbank dat hij weinig inzicht toonde in de ernst van zijn daden. "De verdachte lijkt zich niet te beseffen wat de mogelijke gevolgen waren geweest als de explosieven daadwerkelijk waren ontploft", aldus de rechter. Naast de celstraf moet de man ook schadevergoedingen betalen aan verschillende benadeelde partijen.